laatst bijgewerkt: 30/10/2015
Rupsen zijn de larven van vlinders. Naast vlinders zijn er ook andere insecten die rups-achtige larven hebben. Die van de bladwesp, de bastaardrups genaamd, heeft de grootste overeenkomst met de rups en zijn dus het lastigst te onderscheiden.
In deze post staat een overzicht van de verschillen om tot determinatie van de soort te kunnen komen. De verschillen staan in volgorde van zichtbaarheid; verschil 1 en 2 zijn zonder meer met blote oog waarneembaar, de andere 2 verschillen vergen redelijke tot sterke vergrootting.
Rupsen en bastaardrupsen verschillen op de volgende punten met elkaar:
1. Het aantal schijnpoten, of propoten
– de rups heeft tot 5 paar
– de bastaardrups tot 8 paar
2. Frontale sutuur vorm:
– de rups heeft een geprononceerde ∧ -vorm
– de bastaardrups is veel minder duidelijk en ∩ -vormig
3. Het aantal enkelvoudige ogen, of stemmata:
– de rups heeft er 6 per kopkant
– de bastaardrups heeft er 1 per kopkant
4. Aanwezigheid van haakjes, of crochets, op de voeten:
– de rups heeft die wel
– de bastaardrups niet
1. Propoten
De lichamen van zowel de rups als de bastaardrups bestaan uit dertien segmenten:
- de eerste drie zijn de borstsegmenten, in de figuren genummerd T1 t/m T3 (T = Thorax)
- de laatste tien zijn de buiksegementen, in de figuren genummerd A1 t/m A10 (A = Abdomen)
De borstsegmenten dragen 3 paar ware of echte poten, dit zijn géén propoten. De propoten zitten op de buiksegmenten.
Niet alle buiksegmenten dragen propoten, en welke segmenten ze dragen is per soort verschillend.
Bij de rups kunnen 5 buiksegmenten propoten dragen:
Er zitten tussen de ware en de pro-poten dus altijd 2 segmenten zonder poten, en tussen de voorlaatste en de laatste propoot altijd 3 segmenten zonder propoten ¹ ².
Bij een specifieke rupsengroep, de spanrupsen is de verdeling van de propoten over de segmenten 3 t/m 6 anders dan in onderstaande plaatje, zie hier.
Bij de bastaardrups kunnen 8 buiksegmenten propoten dragen:
- 7 paar pro-poten op de buiksegmenten 2 t/m 8 ² ³
én - één paar propoten op het laatste buiksegment 10 ² ³
Bij de bastaardrups zit tussen de ware en de pro-poten dus altijd één segment zonder poten. Ook bij bastaardrupsen kunnen er tussen de soorten verschillen zijn in het aantal aanwezige propoten. Het zijn er altijd minimaal 6 en de variatie zit op de segmenten 8 en 10 ² ³.
2. Frontale sutuur
De frontale sutuur van een rups is duidelijk geprononceerd en heeft een ∧ vorm, waar die van de bastaardrups minder duidelijk zichtbaar is en een ∩ vorm heeft 4.
Onder links: Vlinder rups (5e instar) Tijgerblauwtje (Lampides boeticus), kopaanzicht met ∧-vormige frontale sutuur
Onder rechts: Bladwesp bastaardrups (Xenapates braunsi), kopaanzicht met minder geprononceerde ∩-vormige frontal sutuur 7
Lees meer hier over de frontale sutuur.
3. Stemmata
Het aantal stemmata (enkelvoudige ogen) per kopkant is verschillend bij de rups en de bladwesp:
– de rups heeft er zes 5
– de bastaardrups één 6
Onder links: Vlinder rups (5e instar) Tijgerblauwtje (Lampides boeticus), kop zijaanzicht met zes stemmata in een circel
Onder rechts: Bladwesp bastaardrups (Xenapates braunsi), kop zijaanzicht met één stemmatum7
4. Crochets
Crochets zijn haakjes op de voeten van rupsen die de rupsen grip geven. Bladwespen hebben deze niet 5.
Op de onderstaande foto’s zijn deze goed te zien.
Lees hier meer over insecten morfologie.
² Matsuda, Ryuichi, 1976. “Morphology and Evolution of the Insect Abdomen”, Pergamon Press
4 Snodgrass, R.E., 1935. “Principles of Insect Morphology”
5 Treadwell, Lucinda, 1996. “An introduction to the identification of caterpillars”
6 Paulus, H.F., 1986. “Comparative Morphology of the Larval Eyes of Neuropteroidea”
Literatuur
1 Nederlands Soortenregister