Het graafwespenheuvel project heeft een eerste succes opgeleverd: een vrouwtje van de Kleine zeefwesp (Crabro peltarius) [1] is begonnen met het aanleggen van een nest. Gedurende twee uur, tussen ±18:00-20:00, heb ik haar geobserveerd tijdens het graafwerk.
Gedurende een periode daarvoor was ze de heuvel aan het afspeuren op zoek naar een goed plekje en had een duidelijke voorkeur voor donkere plekken onder overhangende bladeren en in schaduwrijke plekken. Mogelijk heeft het te maken met de stevigheid van het zand op die plekken i.v.m. hogere vochtigheid?
Uiteindelijk vond ze een plekje wat lager gelegen tegen de zijkant van de zandlaag waar deze niet wordt afgesloten door steen.
Ze graaft de gang met het kop naar voren en komt om de 10-15 seconden naar buiten om een lading zand af te voeren. Het zand wordt achteruit met de poten het nest uitgewerkt en daarna bij de uitgang eventueel met de punt van het achterlijf, het pygidium, weggeduwd. Op deze animaties is te zien hoe ze met haar achterlijf en het pygidium zand naar buiten schuift.
Ik ben blij dat de heuvel in principe werkt en hoop haar nog verder te kunnen volgen, maar in de dagen na de waarneming heb ik haar niet meer gezien. Wellicht is het zand, ondanks de regenbuien en het besproeien om inklinken te bevorderen, nog te los?
Er lijken diverse bijen ook nesten te hebben gemaakt maar ook daarvan heeft nog geen eigenaar zich gemeld. Ook het eerder waargenomen groefbijtje heeft haar nest niet afgemaakt. En een andere uitdaging is de lokale poezenpopulatie, eigenlijk vooral die van ons, die nog wel eens op het zand willen gaan liggen, wat we nu ook proberen af te leren.
Na ja, wordt vervolgd…. hopelijk 🤞😅
Literatuur
1 Nederlands Soortenregister