Agenioideus sericeus♀︎

Laatst bijgewerkt: 15 november 2024


Vrij zeldzaam

Soort Agenioideus sericeus
Genus AGENIOIDEUS (Muurspinnendoders)
Familie POMPILIDAE (Spinnendoders)



Ecologische rol Idiobionte ectoparasitoïde + bestuiver

Voltinisme Univoltien
Activiteit
janfebmaaaprmeijunjulaugsepoktnovdec

Waarnemingen
2023-VI-102022-VIII-092022-VIII-022021-VIII-222021-VII-222019-VIII-30
Maanden
janfebmaaaprmeijunjulaugsepoktnovdec
Jaren
2019202120222023

Neststrategie Endogeïsch
Nestarchitectuur Broedcel



Officiële naam:

Synoniemen:

Agenioideus sericeus [Soortenregister]

Pompilus sericeus


zie meer op: www.gbif.org

Agenioideus sericeus ♀

INHOUD

1. Verspreiding
2. Gedrag
3. Plant relaties
4. Prooi relaties
5. Parasitaire relaties
6. Herkenning

1. VERSPREIDING

Agenioideus sericeus is een zeer zeldzame wesp in Nederland en met name in het zuiden voorkomt [Waarneming.nl],[Peeters et al. 2004],[Nieuwenhuijsen 2008].

Tuinsoort

De soort is sinds de eerste waarneming in 2019 een jaarlijks terugkerende gast in onze tuin.

2. GEDRAG

2.1. ACTIVITEIT

De soort is actief van eind mei tot september [Peeters et al. 2004]. Mogelijk bivoltien [Peeters et al. 2004].

2.2. ONTWIKKELING

Nest

De soort nestelt in zanderige hellingen en de voegen van oude muren [Peeters et al. 2004],[Gros & Wahis 2002]. Het nest bestaat uit één of enkele broedcellen [Gros & Wahis 2002]. Waarnemingen laten zien dat de wesp zowel voor als na de jacht met de bouw van het nest begint [Gros & Wahis 2002].

2.3. JACHT

Een gevangen prooi wordt zij- of achterwaarts, aan de basis van de middelste poten over de grond naar het nest gesleept [Gros & Wahis 2002]. De spin wordt aan de spintepel het nest in getrokken [Gros & Wahis 2002].

3. PLANT RELATIES

3.1. VOEDSELPLANTEN

In de literatuur worden de volgende planten soorten en groepen genoemd:


Apiaceae
(Schermbloemenfamilie)

Tuinsoorten

In de tuin staan schermbloemigen maar ik heb de soort daarop nog niet foeragerend waargenomen.


Apiaceae
(Schermbloemenfamilie)

Foeniculum
Foeniculum vulgare (Venkel)

Pastinaca
Pastinaca sativa (Pastinaak)

4. PROOI RELATIES

De soort gebruikt spinnen voor haar broed [Peeters et al. 2004],[Nieuwenhuijsen 2008],[Eberhard 1970],[Gros & Wahis 2002].


In de literatuur worden de volgende in Nederland [Soortenregister] voorkomende soorten genoemd:


Araneidae [Gros & Wahis 2002]
(Kruisspinachtigen)

Araneus
Araneus diadematus (Kruisspin) [Eberhard 1970],[Gros & Wahis 2002]

Zygiella
Zygiella x-notata (Venstersectorspin) [Eberhard 1970]

Thomisidae [Gros & Wahis 2002]
(Krabspinnen)

Linyphiidae [Gros & Wahis 2002]
(Hangmatspinnen)

Linyphia
Linyphia triangularis (Herfsthangmatspin) [Gros & Wahis 2002]

Salticidae [Gros & Wahis 2002]
(Springspinnen)


Tetragnathidae

Meta [Gros & Wahis 2002]

Tuinsoorten

In een eigen waarneming heb ik de wesp een gevangen spin Zygiella x-notata geobserveerd, zie hier.


Araneidae
(Kruisspinachtigen)

Zygiella
Zygiella x-notata (Venstersectorspin)

5. PARASITAIRE RELATIES

Ik heb geen literatuur referenties kunnen vinden over parasieten van deze soort.

6. HERKENNING

Lengte mannetjes: 4,5 – 6 mm
Lengte vrouwtjes: 6 – 7,5 mm

Genus

Het genus Agenioideus is te herkennen aan:

1. Kop: binnen oogrand beneden evenwijdig of licht convergerend [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: binnen oogrand beneden evenwijdig of licht convergerend

2. Kop: antenne schacht (scapus), het eerste antennesegment, hoger ingeplant dan onderste oogrand [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: antennes staan hoger dan onderste oogrand

3. Kop: voorhoofd niet bol [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: voorhoofd niet bol

4. Kop: kaken normaal (kort en breed) [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: kaken normaal (kort en breed)

5. Kop: antennen lang en slank [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: antennen lang en slank

6. Voorvleugel: proximale rand tweede discoïdale cel met uitzakking [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: tweede discoïdale cel voorvleugel met uitzakking aan proximale zijde

7. Voorvleugel: pterostigma slank [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: pterostigma slank

8. Voorvleugel: lengte ader 2r-rs <= breedte pterostigma [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: lengte ader 2r-rs kleiner of gelijk breedte pterostigma

9. Borststuk: propodeum afgerond, loopt niet uit in uitsteeksels [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: propodeum afgerond, loopt niet uit in uitsteeksels

10. Borststuk: caudale deel propodeum loopt geleidelijk over in horizontale deel en is afgerond [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: caudale deel propodeum gaat geleidelijk over in horizontale deel en is afgerond

11.  Achterpoot: hechtkussen achterpoot tussen de klauwen [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus sericeus: hechtkussen poot 3 ligt tussen klauwen, niet eronder
Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: arolium poot 3 ligt tussen gespreide klauwen

12. Achterpoot: distale rand scheen draagt doorns van ongelijke lengte en op ongelijke onderlinge afstand [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: doornenkrans distale rand scheen 3 van ongelijke lengte en op ongelijke onderlinge afstand

13. Poten: klauwtjes vrouwtje getand of niet getand (A. sericeus getand) [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: klauwen vrouwtje getand of niet getand (hier getand)

14. Poten: arolium klein en smal, klauwkam zwak ontwikkeld [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: arolium klein en smal

15. Delen pronotum, propodeum en eerste achterlijfssegment zonder brons- of zilverkleurige schubharen [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: deel pronotum, propodeum en eerste achterlijfsegment niet bezet met brons- of zilverkleurige schubharen

16. Lichaam hoogstens kort behaard, maar geen vacht (A. sericeus met kort haar) [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: lichaam hoogstens kort behaard, geen vacht (hier met kort haar)

17. Achterlijf: tergiet 1 vaak donker, soms tergiet 2 rood (A. sericeus beide zwart) [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: tergiet 1 vaak donker (hier zwart), tergiet 2 soms rood (hier zwart)

18. Achterlijf: sterniet 2 zonder dwarse groef [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: tweede sterniet zonder dwarsgroef

19. Achterlijf: tergiet 6 kaal of behaard, nooit met borstelharen (A. sericeus behaard) [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: tergiet 6 kaal of behaard, nooit met borstelharen (A. sericeus behaard)


exemplaar voor foto identificatie gevangen op 21-viii-2021, lengte ±8mm

Agenioideus sericeus ♀︎
Agenioideus sericeus ♀︎
Agenioideus sericeus ♀︎
Agenioideus sericeus ♀︎
Agenioideus sericeus ♀︎

  1. Antenne met 12 segmenten [Nieuwenhuijsen 2008]
Agenioideus sericeus ♀︎, antenne met 12 segmenten

2. Achterlijf met 6 segmenten [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: tergiet 1 vaak donker (hier zwart), tergiet 2 soms rood (hier zwart)

3. Tergiet 6 met pygidium [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀︎, tergiet 6 met pygidium

KOP

1. Clypeus: voorrand trapeziumvormig [Nieuwenhuijsen 2008],[Notton 2018]

2. Clypeus: zwart [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, clypeus rand trapeziumvormig

BORSTSTUK

1. Propodeum: oppervlak glad en bedekt met wit dons [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀︎, propodeum glad en bedekt met wit dons

2. Poten: zwart [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀︎, alle poten zwart

ACHTERLIJF

1. Tergiet 2 zwart [Nieuwenhuijsen 2008]

Agenioideus sericeus ♀, Agenioideus: tergiet 1 vaak donker (hier zwart), tergiet 2 soms rood (hier zwart)



1. Antenne met 13 segmenten [Nieuwenhuijsen 2008]

2. Achterlijf met 7 segmenten [Nieuwenhuijsen 2008]

3. Tergiet 7 zonder pygidium [Nieuwenhuijsen 2008]

KOP

1. Clypeus: rand trapeziumvormig [Nieuwenhuijsen 2008]

BORSTSTUK

1. Achterpoot: scheen is donker (er is een vorm van de soort met lichte vlekken proximaal op de schenen) [Nieuwenhuijsen 2008]

ACHTERLIJF

1. Tergiet: rostrale deel tergiet 2 donker [Nieuwenhuijsen 2008]

2. Sterniet: subgenitale plaat van opzij gezien plat en met een korte brede kiel [Nieuwenhuijsen 2008]

3. Sterniet: caudale rand subgenitale plaat iets ingesneden of recht [Nieuwenhuijsen 2008]



Literatuur

Eberhard 1970 Eberhard, W., 1970. The predatory behavior of two wasps, Agenoideus humilis (Pompilidae) and Sceliphron caementarium (Sphecidae), on the orb weaving spider Araneus cornutus (Araneidae). Psyche: A Journal of Entomology, 77(2), 243-251.

Gros & Wahis 2002 Gros, E., & Wahis, R., 2002. Contribution à la connaissance des Agenioideus de la faune franco-belge (Hymenoptera, Pompilidae). Bulletin de la Société entomologique de France, 107(3), 313-334.

Nieuwenhuijsen 2008 Nieuwenhuijsen, H., 2008. De spinnendoders van Nederland (Hymenoptera: Pompilidae). Jeugdbondsuitgeverij.

Notton 2018 Notton, D., 2018. The spider wasp, Agenioideus apicalis (Hymenoptera: Pompilidae) new to Britain, and a second British record of Agenioideus sericeus. British Journal of Entomology & Natural History. 31.

Peeters et al. 2004 Peeters, T.M.J., C. van Achterberg, W.R.B. Heitmans, W.F. Klein, V. Lefeber, A.J. van Loon, A.A. Mabelis, H. Nieuwen-huijsen, M. Reemer, J. de Rond, J. Smit, H.H.W. Velthuis, 2004. De wespen en mieren van Nederland (Hymenoptera: Aculeata). – Nederlandse Fauna 6. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, Leiden, knnv Uitgeverij, Utrecht & European Invertebrate Survey – Nederland, Leiden.

Soortenregister Nederlands Soortenregister

Waarneming.nl Waarneming.nl