INHOUD
1. Verspreiding
2. Gedrag
3. Prooi relaties
4. Parasitaire relaties
5. Herkenning
1. VERSPREIDING
S. crassicornis is een zeldzame wesp en komt voor in vooral het oosten, midden en zuiden van Nederland [1, 4], niet in Friesland, Groningen en de Waddeneilanden [3].
2. GEDRAG
2.1. VLIEGTIJD
De soort is actief van begin mei tot eind september [4].
2.2. ONTWIKKELING
Ze nestelen in allerlei boorgangen, natuurlijk of kunstmatig. Oude gangen in populier of els genieten de voorkeur.
BIJENHOTEL
De wesp maakt gebruik van kunstmatige nesthulp met een voorkeur voor:
– nestblokken hangend hoger dan 2 meter [8]
– nestblokken met een oriëntatie op het noorden of westen (hypothese), de soort maakt ook gebruik van nestblokken met een zuid of oost oriëntatie [8]
– nestgangen met een diameter van 3-4 mm [8]
Ik heb de soort in de tuin waargenomen op:
2.3. VOEDSELPLANTEN
De volwassen S. crassicornis wespen voeden zich ook met nectar en/of pollen. In de literatuur worden de volgende planten soorten en groepen genoemd [5]:
Schermbloemen familie (Apicaceae) | Pastinaak (Pastinaca sativa) [6] |
3. PROOI RELATIES
De soort is nauw oligofaag op keverlarven uit de familie bladhaantjes (CHRYSOMELIDAE) [4, 5] en snuitkevers (CURCULIONIDAE) [4]. Ook worden larven van bladwespen Tenthredinidae genoemd [4].
Ze vindt haar prooien op allerlei struiken en loofbomen.
In de literatuur worden de volgende in Nederland voorkomende soorten genoemd:
CHRYSOMELINAE | – Chrysomela populi [9] – Chrysomela saliceti [9] – Chrysomela lapponicum [9] – Plagiosterna aenea (Linaeidea aenea) [9] |
S. crassicornis zoekt haar prooien in de volgende boomsoorten:
Prooi | Plant |
---|---|
Chrysomela populi | Ratelpopulier (Populus tremula) [4] |
Chrysomela saliceti | Grauwe wilg (Salix cinerea) [4] |
Plagiosterna aenea | Witte els (Alnus incana) [4] |
Zover ik weet staan geen van deze bomen bij de tuin in de buurt.
4. PARASITAIRE RELATIES
De volgende nestparasieten van S. bifasciates worden genoemd in de literatuur:
Wespen (HYMENOPTERA, CHRYSIDIDAE) | – Chrysis ignita [4] – Chrysis fulgida [4,10] |
De volgende nest parasieten zijn waargenomen in de tuin:
Wespen (HYMENOPTERA) | – Chrysis ignita |
5. IDENTIFICATIE
Het mannetje heeft een lengte van 10 -12 mm, vrouwtje 11 – 16 mm [2, 4].
Genus
De kenmerken van de genus zijn [2,6,7]:
1. Tergiet I met lengtegroef [2], de “deuk”
2. Dwarsrand tergiet I goed ontwikkeld [2]
♀ & ♂
Genus
De kenmerken van de genus zijn [2,6,7]:
1. Tergiet I duidelijk gepuncteerd [2]
2. Minstens tergiet I-IV met gele band, tergiet III altijd met gele eindband [6]
3. Tergiet 2 binnen gele band dichte gepuncteerd [6]
4. Mesonotum en mesopleuron met wollig witte beharing [2] (niet zichtbaar op foto’s, waarschijnlijk al wat afgesleten wel is er nog witte beharing zichtbaar)
5. Mesopleuron glanzend met grote wijd verspreide punctering [2,6]
6. Langsgroeven scutum lopen van scutellem tot pronotum [6]
7. Grote gele vlekken op zijden pronotum (P), en gele vlekken op zijden (mesopleura, M), tegula (T) en scutellum (S) [2]
8. Kruingroeven niet groter dan ocellen en meer dan een ocelle diameter van elkaar gescheiden [2]
9. Antenne schachten met gele vlek [2]
10. Gele vlek boven antennen inplant [2]
11. Schenen geel met zwarte vlek [6], tarsen poten II en III donker [7]
♀
1. 12 antenne segmenten, 6 achterlijfssegmenten [2]
2. Kopschild vrouwtje minstens met gele band [2]
♂
1. 13 antenne segmenten, 7 achterlijfssegmenten
2. Antennesegment 13 zo lang als breed
Literatuur
1 Nederlands Soortenregister2 SCHMID-EGGER, C. H. Bestimmungsschlüssel für die deutschen Arten der solitären Faltenwespen (Hymenoptera: Eumeninae). Deutscher Jugendbund für Naturbeobachtung, 1994, 54: 90.
3 Waarneming.nl
4 Peeters, T.M.J., C. van Achterberg, W.R.B. Heitmans, W.F. Klein, V. Lefeber, A.J. van Loon, A.A. Mabelis, H. Nieuwen-huijsen, M. Reemer, J. de Rond, J. Smit, H.H.W. Velthuis, 2004. De wespen en mieren van Nederland (Hymenoptera: Aculeata). – Nederlandse Fauna 6. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, Leiden, knnv Uitgeverij, Utrecht & European Invertebrate Survey – Nederland, Leiden.
5 Budrienė, Anna. (2003). Prey of Symmorphus Wasps (Hymenoptera: Eumeninae) in Lithuania. Acta Zoologica Lituanica. 13. 306-310. 10.1080/13921657.2003.10512686.
6 GUSENLEITNER, J. Bestimmungstabellen mittel-und südeuropäischer Eumeniden (Vespoidea, Hymenoptera) Teil 12. Die Gattung Symmorphus Wesmael 1836. na, 1999.
7 Albert de Wilde, Insecten fotosite ahw.me, Wespen
8 BUDRIENE, Anna. Reproductive ecology and behaviour of predatory wasps (Hymenoptera: Eumeninae). Doctor al thesis. Vilnius, 2004.
9 Budrienė, Anna. (2003). Prey of Symmorphus Wasps (Hymenoptera: Eumeninae) in Lithuania. Acta Zoologica Lituanica. 13. 306-310. 10.1080/13921657.2003.10512686.
10 PAERN, Madli, et al. Host specificity of the tribe Chrysidini (Hymenoptera: Chrysididae) in Estonia ascertained with trap-nesting. EJE, 2015, 112.1: 91-99.